we are women

Home » Soms….ben ik gewoon lui

Soms….ben ik gewoon lui

Het is even wennen voor mezelf, maar de tijd dat ik mezelf anti-sport kon noemen, is voorbij. Na 1.5 jaar drie tot vijf keer per week sportschool, ben ik kortgezegd sportief. Gelukkig ben ik wel nog steeds lui.

Hoe het begon

Toen ik in de lente van 2022 de lokale sportschool binnenliep voor mijn intake, was ik stellig: “Ik rook, ik drink, ik heb zittend werk en ik vind sporten niet leuk. Daarbij houd ik er niet van als er tegen mij gescheeuwd wordt.”

De duidelijk sportieve dame die mij aanhoorde (eigenaar van de sportschool), hoorde het allemaal aan zonder een spier te vertrekken. Bedachtzaam tuurde ze even naar me: “Ik denk dat ik jou zelf ga trainen!”

Hoe het ging

Drie keer per week een half uur knallen. Braaf kwam ik opdagen, verdroeg de verschrikkelijke spierpijn die de dag erna bracht en zorgde ik zelfs dat ik gezonder ging eten.

Nicole (want zo heet ze) deed mijn eerdere personal trainer trauma verdwijnen. Een jongen met de naam Enzo die steeds maar luider tekeer ging over dat ik er “NOG WEL TWEE KON DOEN”. Mijn nieuwe personal trainer schreeuwde nooit. Kalm verzekerde ze mij ervan: “die laatste twee lukken je ook nog wel”

Drie keer per week personal training, werd aangevuld met twee keer per week cardio. En voor ik het wist, was ik een redelijke gym rat.

Ik kán het…een beetje

Mijn zelfvertrouwen groeide met elke deadlift en benchpress die ik deed. Dus besloot ik een paar maanden geleden dat het tijd was om zelf uit te vliegen. Want één ding had ik nog niet gedaan: zelf met al die apparaten en gewichten sporten, zonder de hulp van mijn trainer.

Ik besloot over te stappen naar een trainingvorm waarbij ik met drie anderen en nog steeds wat hulp van de trainer aan de slag zou gaan.

Alleen nu moest ik zelf de gewichten laden, de apparaten instellen en in het kort, mijn eigen training managen.

Natuurlijk was de trainer er ook, maar die moest zijn (of haar) aandacht verdelen over de groep en had geen tijd om alles ook voor mij nog even te regelen.

Wat een stress.

Hoe het gaat

Drie weken heb ik het volgehouden. Drie weken liep ik na een superdrukke dag vol vergaderingen, beslissingen en meer werkgebeuren de sportschool binnen en probeerde mee te doen.

Drie weken berekende ik hoeveel gewicht ik moest laden, vroeg ik 25 keer hoeveel herhalingen ik moest doen en voelde ik me ernstig verloren.

Truttig!

Eenmaal thuis op de bank, dacht ik hard na over waarom ik me zo verloren voelde.

Ik kwam nu al een hele tijd bij deze boutique gym. Ik ken de trainers en ook veel van de andere sporters. Verlegen ben ik niet en ik weet hoe ik moet deadliften, benchpressen of een reverse fly moet doen.

Lui sporten

Na lang peinzen had ik het antwoord: mijn hoofd wil ‘s avonds helemaal niet nadenken. Mijn hoofd wil ‘s avonds helemaal niet gewichten laden, machines instellen, herhalingen tellen, vooruitgang monitoren. Dat is wérk!

Mijn hoofd sport graag door binnen te wandelen (yay), achter Nicole aan te banjeren (yay), van haar te horen wat ik moet doen (yay), een beetje erover klagen (yay), het dan toch doen (yay), dan bijna opgeven (mwah) en dan door haar aansporing ook die laatste twee herhalingen te pakken (w00t).

Terwijl ik het tik, overvalt me een heel kalm gevoel. Ja, ik vond eigenlijk van mezelf dat ik het wel moest kunnen: zelf doen. Maar dat doe ik al de hele dag en mijn werk bevindt zich 80% van de tijd al ver buiten mijn comfort zone. Dat is overigens ook waarom ik mijn werk zo leuk vind.

Sporten doe ik graag een beetje lui. Inmiddels ben ik dus weer terug gestapt naar personal training. Mijn eerste training is achter de rug, mijn spieren gillen om genade, maar mijn hoofd is volledig tot rust gekomen.

Je hoeft niet alles moeilijk te maken voor jezelf. En je hoeft jezelf niet op elk detail keihard te pushen. Ik zeg het niet tegen jou trouwens, maar voornamelijk tegen mezelf.

More Reading

Post navigation

Leave a Comment

Leave a Reply