Hier mijn bekentenis: ik heb er nog steeds last van. Meer dan 25 jaar geleden kreeg ik te maken met huiselijk en seksueel geweld, stalking en meer narigheid en een zilveren jubileum later, is de impact nog steeds voelbaar.
Natuurlijk niet elke dag of zelf maar elke week of maand. Maar vaker dan ik zou willen en op verrassende en onvoorspelbare momenten. En dat werkt me op de zenuwen of eigenlijk maakt het me boos. Maar dat toegeven maakt me dan ook weer boos en voordat ik het weet raak ik verstrikt in een cyclus van boosheid die nergens toe leidt.
Fantoomkwelling
Het idee dat de impact er nog is, is storend omdat het de dader in kwestie oneigenlijk veel macht geeft. Althans, zo loopt het denkpad in mijn hoofd. Maar dat is ergens ook weer onzin. Hij is al jaren uit mijn leven en bestaat daarmee effectief niet meer.
Wat me kwelt zijn herinneringen en ja – als ik dan toch zaken aan het bekennen ben – trauma’s: lichamelijke reacties waar ik onder specifieke omstandigheden geen controle over heb.
Veilig zijn
De onderstroom van wat er beschadigd is geraakt – ergens in de jaren ’90 – is mijn veiligheidsgevoel. Ik zeg het alsof ik het zo bedacht heb, maar het heeft me jaren gekost om te constateren én begrijpen dat ik dan wel rondliep met zelfvertrouwen, maar zonder vertrouwen in mezelf. Volgt u het nog?
We doen een laagje dieper: ik vertrouwde op mijn capaciteiten als het ging om werk, vriendschappen, relaties, life. Maar waar ik niet blind op vertrouwde was mijn capaciteit om veilig te zijn en mezelf veilig te houden.
Chronisch onveilig
Voor wie dat niet kent: dat voel je in je lijf. Een onbestemd gevoel ergens in je onderbuik, een extra alertheid in specifieke situaties (al weet je in het moment niet precies waarom), een gespannen houding met opgetrokken schouders en verkrampte handen en vingers.
Ik merkte het overigens totaal niet op. Want zoals iedereen met een chronische aandoening, leerde ik gewoon om eromheen te functioneren. En dat ging me zo goed af, dat ik ook geen reden had om te denken dat er iets mis was. Dat onveilige gevoel accepteerde ik als onderdeel van mezelf. Het had ook geen naam, het was gewoon the human condition.
Met uitbraken
En als dan eens in de zoveel tijd mijn lijf en leden schreeuwde: aaaaaah. Dan merkte ik dat eerst niet op (want ik voelde me altijd licht aaaaah) en negeerde ik dat vervolgens (want dat is lange tijd zeer effectief).
Ging het als laatste fysiek dan ook mis (door een mooie combi van dat samen met) toevallige omstandigheden (druk, weinig slaap, slechte gewoonten), dan sliep ik soms wel 2 dagen aan één stuk door. Of werd ik langzaam steeds depressiever. Was de dag doorkomen bijna onmogelijk en leek alles onoverkomelijk. En dat werd progressief erger: van somber, tot paniekaanvallen, nachtmerries en over het algemeen dus triggered zijn. Pfffffffff
Maar dan ging het weer voorbij en kon ik weer even verder. Yes.
Eigenlijk best normaal
Ik vond dat verschrikkelijk irritant en verstorend allemaal. Ik vond dat ik allang klaar had moeten zijn met het gedoe. Jesses. Het was Google die mij influisterde dat wat ik aan het meemaken was, best normaal was.
Uit verschillende onderzoeken blijkt dat veel slachtoffers van huiselijk geweld op de lange termijn met een keur aan gezondheids issues blijven zitten. Naast de meest voor de hand liggende als PTSS, lichamelijke schade door de mishandeling zelf, depressies en meer, blijken ook hart- en vaatziektes, maag- en darmaandoeningen en zelfs diabetes vaker voor te komen bij vrouwen die ermee te maken krijgen.
Aan het werk
Toen ik ooit uit de relatie stapte waar ik het hier over heb, had ik geen tijd. Ik moest een dak boven mijn hoofd zien te regelen. Ik moest aan het werk. Ik moest weer vrienden maken en plezier. Ik moest een heleboel en geen van de zaken die ik moest was rusten, bijkomen, helen, nadenken, voelen. Letterlijk geen van de zaken was dát.
Je moet ermee aan de slag, zei iemand tegen me toen ik een jaar of 25 was. “Geen tijd!” riep ik geirriteerd én in tranen omdat het helemaal niet zo goed ging.
Een jaar of wat geleden ontstond de perfecte storm: de stilte die door Corona werd veroorzaakt, een lelijke relatie die eindigde, mijn gezondheid die steeds meer kuren begon te vertonen. Dit keer Moest ik bijna wel tijd maken.
Het is begonnen
Een paar jaar dompelde ik me onder in EMDR en andere therapievormen. Dat had ik al wel eens eerder gedaan, maar een beetje lafjes. Zoals zoveel mensen kwam ik dan bij zo’n psycholoog, plofte op de comfortable stoel en dacht: “Nou….therapie mij dan!”. Alsof heling een product is en de therapeut de snelle sales jongen die het je zo gemakkelijk mogelijk moet maken.
Dit keer deed ik het anders. Voor het eerst in mijn leven deed ik al mijn huiswerk en akkerde door de dikke, soms bijna onverdraaglijke mist die hoort bij traumaverwerking.
En het gaat door
Een paar weken geleden, vertelde ik (niet voor het eerst) een korte versie van mijn verhaal op het podium. In 6 minuten probeerde ik voor het aanwezige publiek te vatten wat zo’n relatie eigenlijk is.
In de aanloop naar mijn optreden, had ik het zwaar. Tijdens de repetitie kwamen de tranen en wilden ze ook niet meer weg. Bezorgd haalden mijn collega’s een glaasje water voor me. Lief! Door het gesnik heen probeerde ik ze uit te leggen dat mijn tranen winst waren. Jaren had ik wel gedacht en soms ook principieel gehuild (niet nep, maar principieel…het is anders), maar nu was ik aan het voelen.
Ik kan het weer voelen. Ook dit.
Ik heb er nog steeds last van
Ik startte dit verhaal met een bekentenis: ik heb er nog steeds last van. Niet elke dag of zelf maar elke week of maand. Dat is oké, het is terecht en het is normaal. Langzaam maar zeker voel ik me weer veilig bij mezelf. Dat essentiële deel van mijn vertrouwen in mezelf bestaat nu in dezelfde cirkel als mijn zelfvertrouwen.
Heling is een proces, waarbij je elke keer klaar bent voor een stukje ervan. Ik weet niet wat het volgende stukje is. Maar ik weet wel dat ik het aankan en zal -gaan. Want IK ben weer van MIJ.
Weer leren voelen erover: dat is winst